Het concept "abstractie" in O-O talen (het scheiden van implementatie en interface), staat ons toe steeds massiever en complexer systemen te ontwikkelen, en het compleet begrijpen daarvan kan zeer moeilijk, tot zelfs onmogelijk zijn. Het eindtraject van ontwikkeling van een O-O systeem -- het optimaliseren en foutvrij maken -- is een vaak nog onderschat aspect, en krijgt te weinig aandacht van o.a. compiler leveranciers. In deze presentatie laat ik werk zien, ontwikkeld bij het IBM T.J. Watson Research Center. De nadruk ligt daarbij sterk op het gebruik van visuele technieken bij het inspecteren van een draaiend O-O programma. Gevolg is een "blik achter de schermen", welk dramatische inzichten kan leveren.
Curriculum vitae:
Chris promoveerde in mei 1992 aan de Erasmus Universiteit waar hij onderzoek deed naar parallelle O-O talen. Samen met Prof. Jan van den Bos ontwikkelde hij de taal "Procol" en leverde een proefschrift af op de definitie en implementatie van deze taal. Gedurende die tijd groeide de belangstelling voor O-O programmeeromgevingen, en dat leidde uiteindelijk in de ontwikkeling van een visuele debugger, genaamd HotWire. Deze ontwikkelde hij in de twee jaar die hij doorbracht op het IBM T.J. Watson Research Center. Hij werkt op dit moment aan grafische C++ toolkits voor het ontwikkelen van financiële systemen bij Morgan Stanley, een investeringsbank op Wall Street.
